Het jaar is 1962 en NASA probeert een man op de maan te zetten. In een afgelegen hoek van Siberië gaat een Sovjet -kosmonaut in de andere richting. Kameraad Ivan Ivanovich wordt in een uitgestorven vulkaan gedropt in zijn verkenningscapsule, Little Orpheus, om het centrum van de aarde te verkennen. Hij verdwijnt onmiddellijk.
Drie jaar later komt hij naar voren en beweert de wereld te hebben gered. Hij heeft ook de atoombom verloren die de kleine Orpheus aandrijft. Hij wordt naar een topgeheime bunker diep onder het Ural-gebergte gebracht om te worden ondervraagd door de angstaanjagende generaal Yurkovoi, een man die zo beangstigend